Checklist bij aanvragen
In het aanvraagformulier moet je aangeven hoe lang je professioneel actief bent. Er zijn twee manier waarop je dit kunt berekenen:
1. Indien je een creatieve opleiding hebt gevolgd, bereken dan de tijd van je afstudeerdatum tot aan het moment van aanvragen. Heb je na je eerste studie nog een opleiding gevolgd, trek dan die periode van de duur van je praktijk af. Deelname aan een postacademische instelling zien we als professionele werkervaring en haal je dus niet af van je praktijkjaren.
2. Indien je geen (creatieve) opleiding heb gevolgd, neem dan je eerste presentatie of je inschrijving bij de Kamer van Koophandel als start van je praktijk. Heb je minder dan drie jaar een creatieve opleiding gevolgd, bereken je praktijk dan ook op deze wijze.
Heb je een creatieve studie gevolgd, maar ben je nu actief in een andere discipline dan tijdens je studie? Reken dan toch vanaf het moment dat je je eerste creatieve studie hebt verlaten. We beschouwen je dan namelijk niet als (volledig) autodidact.
Maak een overzicht van je belangrijkste werken en presentaties van de afgelopen vier jaar. Voeg eventueel sleutelwerken uit de jaren daarvoor eraan toe. Benoem bij elk beeld wat afgebeeld staat: de titel van het werk, het jaar van vervaardiging, de afmetingen en de gebruikte materialen. Toon de werken altijd van nieuw naar oud en gebruik niet meer dan twee afbeeldingen per pagina.
Laat naast afzonderlijke werken ook werk in context, zoals in een tentoonstelling of tijdens een presentatie, zien. Zo krijgen we nog meer inzicht in je werk.
Je portfolio moet je indienen als pdf en mag maximaal 20 pagina's zijn. Als je aanvraagt voor een samenwerking, gebruik dan maximaal 10 pagina's per persoon en voeg de portfolio's samen in één pdf.
Vermeld je geboortejaar en nationaliteit, je opleiding(en) met een begin- en einddatum, de belangrijkste presentaties van je werk en opdrachten over de afgelopen vier jaar en eventuele residencies, nevenfuncties, ontvangen subsidies, prijzen en collecties waarin je werk is opgenomen. Geef bij elke tentoonstelling aan of het gaat om een solo- of groepspresentatie. Start je cv altijd met de laatste activiteit.
Een cv moet je indienen als pdf en mag maximaal 2 pagina's zijn. Als je aanvraagt voor een samenwerking, gebruik dan maximaal 2 pagina's per persoon en voeg de cv's samen in één pdf.
Toon de kosten en inkomsten van je project op een overzichtelijke manier in een tabel. Specificeer bijvoorbeeld de materiaalkosten en kosten voor de inhuur van derden. Laat zien via welke berekening je tot de (sub)totalen komt. De totale begroting van de aanvraag mag niet hoger € 20.000 zijn. De begroting moet volledig gedekt zijn door de inkomsten. Je kunt geen kosten opgeven die in het verleden liggen.
Je kunt maximaal € 100 per dagdeel als tegemoetkoming voor je uren opnemen. Indien je € 1.000 of meer voor apparatuur en diensten van anderen opgeeft, moet je daarvan een offerte aan de pdf toevoegen.
Geef ook aan welke inkomsten al zijn toegezegd. Voeg een bewijs van eventuele toezeggingen toe aan de pdf. Je kunt geen eigen bijdrage als inkomstenpost opgeven.
De begroting moet je indienen als pdf en mag maximaal 2 pagina's zijn.
Een begroting is geen vereiste voor schilders.
Beschrijf hoe je bent gekomen tot jouw creatieve praktijk, de stappen die je hebt gemaakt tot nu toe, wat je maakt en waar je werk over gaat. Wees concreet en vermijd abstracte termen. Deze tekst gaat niet over je plan.
Deze toelichting voer je in als tekst en mag maximaal 200 woorden zijn.
Beschrijf wat je wil gaan doen. Het kan gaan om een specifiek plan of de voortzetting van je praktijk op een aantal hoofdlijnen. De looptijd van je plan is maximaal twaalf maanden.
Een plan betreft geen deelname aan, voorbereiding op of cofinanciering van een tentoonstelling, residency of publicatie. Ook kun je niet aanvragen voor het volgen van een opleiding of deelname aan een postacademische instelling.
Een plan kan onderdeel zijn van een bestaand project of een langdurige ontwikkeling. Leg dan uit voor welk onderdeel je specifiek de aanvraag doet.
Het plan voer je in als tekst en mag maximaal 400 woorden zijn.
Beschrijf het bredere belang van je plan. Hoe hebben anderen in jouw werkterrein en/of daarbuiten er baat bij? Wat voegt je voorstel toe?
Deze reflectie voer je in als tekst en mag maximaal 200 woorden zijn.